2 oktober 2024

Gezamenlijk naar kwaliteit voor kinderen met overgewicht en obesitas

Kwalitatief goede begeleiding voor kinderen met overgewicht en obesitas. Dat is belangrijk voor gezinnen, overheden én financiers. Daarom werken drie partijen aan een passende manier om de kwaliteit van de centrale zorgverlener en kinderleefstijlcoach te garanderen. Zij vertellen hoe zij de netwerkaanpak voor kinderen met overgewicht en obesitas aanjagen:

  • Fenna van Esch, Beleidsmedewerker bij het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS)
  • Fenna IJpelaar, Beleidsadviseur bij Zorgverzekeraars Nederland (ZN)
  • Eveline Koks, Manager Kind naar Gezonder Gewicht (KnGG) bij JOGG

Wat staat er op stapel rond de centrale zorgverlener en kinderleefstijlcoach?
Fenna van Esch: ‘De begeleiding van kinderen met obesitas en die van kinderen met overgewicht en een verhoogd gezondheidsrisico wordt sinds januari 2024 vergoed vanuit Zorgverzekeringswet (Zvw). Nu moeten we zorgen dat die begeleiding voldoet aan kwaliteitseisen en werkelijk ingekocht kan worden.’
Fenna IJpelaar: ‘Je wilt dus vastleggen aan welke eisen goede zorg voldoet. Zodat kinderen en ouders weten dat het met de kwaliteit goed zit. Daarnaast is het goed om te weten welke competenties professionals nodig hebben om goede zorg te leveren. Welke opleidingen zijn nodig...’
Van Esch: ‘… en wie mogen die begeleiding bieden: wanneer kun je de rol van centrale zorgverlener en kinderleefstijlcoach vervullen?’
IJpelaar: ‘De zorg toegankelijk en betaalbaar houden is belangrijk voor zorgverzekeraars. Daarnaast is het hun taak om contracten aan te gaan met partijen die kwalitatief goede zorg leveren. Zijn hiervoor geen kaders, dan vult elke zorgverzekeraar dat op een eigen manier in. Bovendien kunnen professionals zelf het best bepalen wat nodig is voor goede zorg.’
Eveline Koks: ‘Overigens is de kinderleefstijlcoach een apart beroep, waar de centrale zorgverlener een rol is die de professional inneemt naast andere werkzaamheden. Jeugdverpleegkundigen, pedagogisch adviseurs en jeugd- engezinswerkers nemen nu de rol van centrale zorgverlener vaak op zich. Of dat in de toekomst ook opgaat voor de kinderleefstijlcoach, weten we nog niet. Een dubbelrolvan centrale zorgverlener én kinderleefstijlcoach is ook mogelijk. Of daarvoor dan twee verschillende opleidingen nodig zijn, zoeken we nu uit. Als drie partijen hebben we een onafhankelijke projectleider aangesteld, die objectief en zonder belang onderzoekt hoe je tot kwalitatief hoogstaande kwaliteitsborging van deze professionals komt.’

Wat is jullie inbreng?
Koks: ‘Wij brengen de wetenschappelijke kennis over de aanpak in, gecombineerd met de praktijkervaringen van gemeenten. Als JOGG ondersteunen wij gemeenten al bij het maken van beleid en het uitvoeren van de aanpak voor kinderen met overgewicht en obesitas. Zodoende leveren we nu graag een bijdrage aan het stroomlijnen van de netwerkaanpak.’
Van Esch: ‘Onze taak is het bij elkaar brengen van partijen en aansturen op de doelen die we gezamenlijk willen behalen. De inhoudelijke invulling van de kwaliteitsborging ligt echter niet bij het ministerie.’
IJpelaar: ‘Datzelfde geldt voor ons als ZN. Wij hebben er belang bij dat de kwaliteit goed is geborgd, dat levert draagvlak op bij zorgverzekeraars.’
Van Esch: ‘Zorgverzekeraars hadden tot op heden met (para)medischezorgprofessionals te maken, niet met bijvoorbeeld professionals uit het sociaal domein. Dat verandert.’
IJpelaar: ‘Opeens ontstaat verbinding tussen het sociaal en zorgdomein.’
Koks: ‘Twee werelden die nu nog te vaak naast elkaar bestaan. Binnen het themaobesitas bij kinderen kunnen we niet zonder elkaar.’
IJpelaar: ‘Dat vraagt om elkaar te begrijpen en te onderzoeken wat de zorgverzekeraar regelt of financiert en wat de gemeente.’
Van Esch: ‘Als rijksoverheid geven wij kaders aan. Bij de praktische en lokale invulling komen de vragen. Zoals toen we de handreiking van de netwerkaanpak tussen gemeenten en zorgverzekeraars schreven. Hoe ziet de aanpak er lokaal uit, wie is verantwoordelijk voor wat en hoe zijn de financiën georganiseerd?’
Koks: ‘Je wilt dat zorgvuldig uitzoeken en dat kost tijd.’
IJpelaar: ‘Telkens ontstaan nieuwe vraagstukken als je iets samen bedenkt en organiseert.’

Komt er één register voor de kinderleefstijlcoach en de centrale zorgverlener?
Van Esch: ‘Natuurlijk zou het handig zijn als professionals een aantekening kunnen halen binnen hun eigen bestaande beroepsregister.’
IJpelaar: ‘Meerdere registers die dit onderdeel beheren kan ook, mits de eisen voor (her)registratie gelijk zijn en nageleefd worden. Eén register heeft onze voorkeur, dat is technisch eenvoudiger. Dan is er één partij waartoe we ons kunnen wenden en kunnen we ervan op aan dat iedereen aan dezelfde eisen voldoet.’
Koks: ‘Voor professionals is het bovendien prettig als ze voor registratie, informatie, kennis en actuele ontwikkelingen bij één partij terechtkunnen.’

Hoe wegen de wensen en behoeften van kinderleefstijlcoaches en centralezorgverleners zelf mee?
Koks: ‘Gedurende alle stappen worden de beroepsgroepen nauw betrokken, net als de lokale organisaties die al ervaring hebben met het inzetten van centrale zorgverleners en kinderleefstijlcoaches. Vertegenwoordiging van de professionals die op dit moment de rol van centrale zorgverlener kunnen vervullen – de jeugdverpleegkundige, pedagogisch adviseur, jeugd- en gezinswerker en kinderleefstijlcoach – is wenselijk, nu en in de toekomst.’

Wat is tot nu al geregeld?
Van Esch: ‘Het competentieprofiel voor de centrale zorgverlener is onlangs gepubliceerd. Een mooie stap, want nu is helder om welke professionals het gaat. Ook over de opleidingseisen zullen we informatie op een rij zetten.’
Koks: ‘Bij het tot stand komen van het competentieprofiel hebben professionals meegedacht wat je moet kunnen om kinderen met overgewicht en obesitas goed te begeleiden. Het competentieprofiel van de centrale zorgverlener vergelijken we momenteel met de huidige opleidingen, zodat die matchen met het profiel. Het competentieprofiel van de kinderleefstijlcoach is in ontwikkeling.’

Wat kunnen gemeenten al doen?
Koks: ‘De meeste gemeenten zijn op dit moment al bezig met implementatie. Het merendeel heeft ervoor gekozen om de rol van centrale zorgverlener bij de jeugdverpleegkundige te beleggen. Een heldere kwaliteitsborging helpt gemeenten om bijvoorbeeld te kiezen de rol door een andere professional te laten vervullen dan de jeugdverpleegkundige.’
Van Esch: ‘Daarmee wordt lokaal maatwerk gemakkelijker.’
Koks: ‘Terwijl wij op landelijk niveau verder puzzelen met de voorwaarden, kunnen gemeenten lokaal alvast een netwerk bouwen en samenwerkingsafspraken maken om zorg voor kinderen en gezinnen goed in te richten. Dat gebeurt al, zien we vanuit JOGG. Zo hebben ruim honderd gemeenten een lokale projectleider aangesteld. Die bouwt een netwerk met partners uit het sociaal en zorgdomein, maakt afspraken over ieders rol in de begeleiding van het kind en gezin en kijkt wat er mogelijk nog nodig is vanuit het sociaal domein.’
Van Esch: ‘We hebben een handreiking met uitleg opgesteld over wat van zorgverzekeraars en gemeenten wordt verwacht. JOGG biedt informatie en tools aan voor de regionale en lokale implementatie. Mijn advies aan gemeenten: begin niet met hoe je de inkoop van de Zvw-zorg inricht, regel eerst dat het netwerk staat.’
Koks: ‘Dat betekent ook: kijk op lokaal niveau met partners hoe je met een brede blik ondersteuning en zorg voor kinderen inricht en wat het vraagt van de organisaties en bijbehorende professionals. Wacht niet en leer nu al gezamenlijk anders kijken naar domeinoverstijgende, goede zorg bij overgewicht en obesitas.’
Van Esch: ‘En leg de link naar hoe die zorg zich verhoudt tot ander aanbod.’
Koks: ‘Zoals rond sporten en bewegen. Hoe bereiken buurtcoaches bijvoorbeeld momenteel hun doelgroep en hoe sluiten ze (nog) beter aan bij behoeften van kinderen met overgewicht en obesitas? De stimulans voor een meer preventieve zorginfrastructuur vind je in het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA) en IntegraalZorgakkoord (IZA).’
Van Esch: ‘De jeugdgezondheidsorganisaties die al werken met een centrale zorgverlener vertellen dat deze rol echt van meerwaarde is. Het leidt tot meer impact, efficiëntie en werkplezier. Dat zijn positieve geluiden.’

Waarom kost dit proces tijd?

Van Esch: ‘In het najaar van 2023 hebben we het plan van aanpak opgesteld en nu hebben we de eerste resultaten al bereikt. Het is logisch dat het een tijdje duurt om alle betrokken partijen aan te haken en draagvlak te krijgen. Bovendien willen we het zorgvuldig doen.'
Koks: ‘Bedenk dat het innovatief is wat we aan het veranderen zijn in de aanpak van kinderen met overgewicht en obesitas. Zorgen we nu dat de rol van centrale zorgverlener en kinderleefstijlcoach in samenwerking met andere partijen een duurzame vorm krijgt, dan weten deze professionals elkaar straks ook te vinden bij andere maatschappelijke vraagstukken. De brug die we tussen sociaal en zorgdomein slaan, levert op langere termijn nog veel meer op.’
IJpelaar: ‘Aan draagvlak hebben we meer dan aan snelheid. We leggen immers het fundament voor de toekomst.’

Wat hoop je dat kwaliteitsborging teweegbrengt?

IJpelaar: ‘Dat de netwerkaanpak op rolletjes loopt, kinderen, het gezin en de omgeving baat hebben bij de aanpak van overgewicht en obesitas en dat de kwaliteitsborging daar vanzelfsprekend onderdeel van uitmaakt.’
Van Esch: ‘Gemeenten hebben vanuit het GALA en IZA de opdracht om vanuit een integrale aanpak op preventie in te zetten. Ik verwacht dat we met de netwerkaanpakvoor kinderen met overgewicht en obesitas een basis leggen voor zulke netwerkaanpakken op andere terreinen.’
Koks: ‘Samenwerking tussen professionals in het sociaal en zorgdomein is cruciaal als je overgewicht en obesitas wilt aanpakken. Daarvoor plaveien we nu al de weg.’

Kwaliteitsborging
JOGG werkt samen met het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS),en Zorgverzekeraars Nederland (ZN) aan de kwaliteitsborging van de centrale zorgverlener en de kinderleefstijlcoach. Een kwaliteitsregister helpt om de kwaliteitvan beide professionals te garanderen en zorgt dat de zorgverzekeraar deze begeleiding kan inkopen. Het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS), ZorgverzekeraarsNederland (ZN) en JOGG, Gezonde jeugd, gezonde toekomst hebben samen een onafhankelijke projectleider aangesteld. Deze projectleider helpt met het opstellenvan een competentieprofiel voor beide professionals (onlangs is het competentieprofiel voor de centrale zorgverlener vastgesteld, zie hier.), verkennen waaraan de opleiding en nascholing van deze professionals dient te voldoen en zorgen dat er een kwaliteitsregister tot stand komt.

De drie geïnterviewden zijn de opdrachtgevers kwaliteitsborging van de centralezorgverlener en Kinderleefstijlcoach, en betrokken bij de landelijke projectgroepnetwerkaanpak, elk vanuit hun eigen functie.

Fenna IJpelaar - Beleidsadviseur Preventie bij Zorgverzekeraars Nederland (ZN)
Fenna van Esch - Beleidsmedewerker Gezond gewicht bij kinderen bij het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS)
Eveline Koks - Manager Kind naar Gezonder Gewicht (KnGG) bij JOGG